Hoofdstuk 3 | Stappenplan verbale cueing
Er zijn drie vormen van cueing. Non-verbale cueing, verbale cueing en fysieke cueing. Als je lesgeeft, zal je altijd een mix maken van deze drie vormen.
In deze proefles behandelen we kort een aantal paragrafen uit dit hoofdstuk:
3.1 Set-up cues
Door het geven van set-up cues kunnen deelnemers op een veilige manier in een houding komen. Je instrueert de deelnemers welke lichaamsdelen waar naar toe moeten bewegen. Als de set-up cues niet goed zijn, zullen de deelnemers niet in de juiste houding terecht komen. Het is dus belangrijk dat je korte en krachtige set-up cues geeft die duidelijk maken wat je van de deelnemers wilt.
3.2 Rekgebied cues
Nadat je de set-up, het gebruik van yogaprops en de opties benoemd hebt, ga je over tot cues die betrekking hebben op het rekgebied. Dit zijn cues die aangeven waar in het lichaam de deelnemers de stretch kunnen voelen. Geef hiervoor korte en concrete cues
3.3 Compressie cues
In sommige houdingen kun heb je naast het rekgebied ook nog te maken met eventuele compressie. Geef dit als docent aan. Als de deelnemers het verschil tussen stretch en compressie namelijk beter kunnen waarnemen, leren ze daarmee ook hun eigen grenzen beter kennen en respecteren.
De volgende twee uitspraken zijn voorbeelden van een bepaald type cues:
- ‘Voel de stretch aan de voorkant van je bovenbenen’.
- ‘Voel de opening in je borst- en schoudergebied’.
Om welk type gaat het?